Groeipijn, ook bij honden..
Bij een jonge hond (6-22 maanden) van een groot ras met terugkerende kreupelheid aan een of meer poten, is groeipijn (enostosis) de meest waarschijnlijke diagnose.
Groeipijn is een aandoening van het gehele skelet. Zoals de naam al aangeeft,
is het een pijnlijke aandoening bij jonge dieren. Het wordt vooral gezien bij
de grotere rassen die snel groeien. De leeftijd waarop de aandoening optreedt,
is meestal onder een jaar, maar de klachten kunnen aanhouden tot de hond bijna
twee jaar oud is. Bij een normale, goede ontwikkeling van het skelet is er een
balans tussen de aanleg van nieuw bot, voedingskanalen en bloedvaten. Een evenwichtige
voeding is hierbij van essentieel belang. Wanneer een jonge hond via de voeding
te veel energie en/of kalk opneemt, kunnen problemen ontstaan. Het skelet kan
de snelle groei als het ware niet bijbenen, waardoor een disbalans ontstaat
in de aanleg van de voedingskanalen en bloedvaten die het bot van voedingsstoffen
moet voorzien. Hierdoor treedt er stuwing in de botten op, zowel in de mergholte
als onder het beenvlies. Dit leidt tot mineralisering van de mergholte en reactieve
botnieuwvorming op de plaatsen waar het beenvlies geprikkeld wordt door het
oedeem.
Symptomen
De symptomen die hierdoor ontstaan zijn een min of minder ernstige terugkerende
kreupelheid, die wisselt van plaats. De ene keer loopt de hond bv linksvoor
kreupel, de volgende keer is het rechtsachter. Ook kan de hond aan meerdere
poten tegelijk kreupel zijn. Niet elke hond met deze klachten, heeft echter
groeipijn. Andere aandoeningen kunnen vergelijkbare symptomen geven.
Diagnose
De diagnose groeipijn wordt gesteld aan de hand van het klinisch beeld en de
drukpijnlijkheid van alle pijpbeenderen. Groeipijn in het stadium van oedeemvorming
geeft op röntgenfoto's geen afwijkingen van het skelet te zien. Een tot
twee weken later zijn er op röntgenfoto's verdichtingen in het bot ter
hoogte van de voedingskanalen zichtbaar. Als de aandoening in een nog later
stadium is, kunnen meer of minder uitgebreide verdichtingen in de mergholte
gevonden worden. In ernstige gevallen is er botnieuwvorming door het beenvlies
zichtbaar.
Therapie
De therapie is drieledig:
1. Normaliseren van de voeding
2. Pijnstilling
3. Rust
1. Normalisering van de voeding
Groeipijn wordt veroorzaakt door een te snelle groei. Het is belangrijk dat
een pup van jongst af aan een uitgebalanceerde voeding krijgt. Meer dan de helft
van de honden in Nederland is te dik en dat begint al bij de jonge honden. Een
pup dient schraal gehouden te worden en NIET onbeperkt gevoerd te worden. Door
het geven van afgepaste hoeveelheden, beperk je de energieopname en voorkom
je een te snel groei met alle bijbehorende problemen. Het toevoegen van kalk
(calcium) aan de complete commerciële voeders is ook NIET nodig en kan
dus zelfs problemen veroorzaken.
Het is moeilijk aan te geven welke voeders geschikt zijn voor pups. Er zijn
een aantal merken met een goede kwaliteit puppyvoeder. Deze bevatten alle voedingsstoffen
in voldoende mate, maar zonder de schadelijke overmaat. Echter, van de meeste
merken is het voer voor de volwassen hond al geschikt voor pups. De puppyvoeders
van deze merken bevatten o.a. meer energie en meer kalk dan de voeders voor
volwassen honden en zijn daardoor te rijk met de genoemde problemen tot gevolg.
Hier komt ook het advies vandaan om pups geen puppyvoeders te geven, maar gewoon
voer voor volwassen honden. Dit doet de goede merken echter tekort. Bij twijfel
of een puppyvoeder goed is, is het verstandig een voedingsdeskundige te vragen
het voer door te rekenen. Voor honden met groeipijn geldt: neem een voer met
een lagere energiedichtheid en een goed calciumgehalte en beperk de hoeveelheid
voer.
2. Pijnstilling
Groeipijn is een pijnlijke aandoening. De jonge hond is daarom zeker gebaat
bij een goede pijnstilling. Omdat herstel vaak lang duurt, is het belangrijk
een middel te kiezen dat langere tijd gegeven kan worden zonder bijwerkingen
te geven. Het is altijd verstandig de bijsluiter te lezen, zodat je weet welke
bijwerkingen kunnen optreden.
3. Rust
Een hond met groeipijn moet rust houden. Als baas moet je de hond tegen zichzelf
beschermen. Doordat de hond op pijnstillers staat, zal de hond namelijk zichzelf
niet meer ontzien. Het beste is de hond benchrust te geven en aangelijnd uit
te laten. Vaak wordt als bezwaar gegeven dat de hond dan zijn energie niet meer
kwijtkan. Wanneer je als eigenaar echter creatief bent en de hond andere uitlaatkleppen
geeft, zal dit erg meevallen. Hierbij kan gedacht worden aan het geven van botten,
kong, activitybal en dergelijke en het doen van zoekspelletjes. Spelen met een
bal of sjorspelletje kunnen beter voorlopig achterwege blijven. Wanneer de hond
volledig geënt is en de temperatuur staat het toe, is zwemmen een goed
alternatief.
Aanvullende therapie
Naast deze driedelige aanpak, kan het homeopathisch middel Calcium Phosphoricum
gegeven worden aan honden die te snel groeien. Helaas zijn er nog altijd dierenartsen
die corticosteroïden en/of antibiotica voorschrijven aan honden met groeipijn.
Dit is niet nodig en kan zelfs schadelijk zijn! Met name de corticosteroïden
hebben schadelijke effecten op het zich ontwikkelende kraakbeen. Groeipijn duurt
meestal lang en komt vaak terug na aanvankelijke verbetering tot de hond uitgegroeid
is. Voor grote rassen kan dit tot bijna 2 jaar oud zijn. Uiteindelijk zal de
hond geheel herstellen. Het belangrijkste bij groeipijn blijft echter de preventie
door het beperkt verstrekken van een evenwichtige voeding aan de jonge hond.